In een vorig punt hebben we het object Range besproken, om iets weg te schrijven, in de cel van het werkblad. In dit punt bespreken we het object Cells. We gebruiken het vorig document "Invullen.xlsm".
- Open het bestaand document "Invullen.xlsm" of start met een nieuw document.
- Klik indien nodig op de knop "Inhoud inschakelen" bij het bestaand document.
- Gebruik de sneltoets ALT F11 om de visual basic editor te openen.
- Klik op "Invoegen" in de menubalk.
- Klik op "Module".
In het venster met de eigenschappen verschijnt de standaardnaam "Module1" van deze module. We gaan dit wijzigen.
We wijzigen de standaardnaam "Module1".
- Klik in het venster "Eigenschappen" naast de vermelding "(Name)".
- Vervang door typen de standaardnaam "Module1" door "mdlInvullen2".
De volgende stap is enkel uit te voeren voor diegene die de vorige code zien voor het object Range. Wanneer je van een nieuw document start kan je de code onmiddellijk aanbrengen.
- Dubbelklik in het venster "Project" op het item "mdlInvullen2"
- Typ "Sub Invullen2".
- Druk op de enter-toets.
Automatisch verschijnt "End Sub".
- Plaats de cursor boven de tekst "End Sub".
- Typ Cells(
We wensen iets weg te schrijven in cel A3.
- Typ 3,1).
- Typ value = "tweede methode"
We kunnen deze code testen.
- Klik bovenaan in de werkbalk op het pictogram met groene pijl.
De tekst verschijnt in het geselecteerd werkblad. In een volgend punt gaan we bepalen in welk werkblad de tekst tevoorschijn komt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten